Collega Rienk zoekt altijd de uitdaging
Rienk: “Ik begon meteen na school met werken. Mijn eerste baan was bij Remington op de Overtoom. Bekend van de typmachines, maar ze maakten van alles. Klein huishoudelijk grut. Als het stuk was, lieten mensen het repareren. Dat heette toen nog geen duurzaamheid, maar spaarzaamheid. De klanten kwamen naar de winkel van Remington om hun apparaten te laten repareren. Maar ik was daar snel weg. Mijn moeder had een vacature bij de PTT gezien en daar, voor mij op gesolliciteerd. Ze vond het een mooie baan voor me. Ambtenaar. Vastigheid. Ik werd aangenomen. Telefoons aansluiten en repareren. Een mooie baan, maar ik werd links en rechts voorbijgestoken door jonge MTS’ers die door hun opleiding meteen op leidinggevende posities terecht kwamen. Dus ik dacht: dat moet ik ook doen. En tussen de bedrijven door deed ik een tweejarige avondopleiding tot elektromonteur. Ik kreeg een dienstauto van de zaak. Een Volkswagen-bus T2, maar voor mijn komst waren er nog collega’s die met een handkar op pad gingen.”
Een binnenbaan
“Toen PTT in 1989 werd geprivatiseerd, werd er van alle kanten aan het personeel getrokken. Wij waren gewild. Ik ben toen even gezwicht voor een beter salaris, werkte voor een standbouwer, die ook klanten had die een telefooncentrale wilde kopen, maar vond er uiteindelijk onvoldoende uitdaging. Na 14 maanden was ik weer terug bij PTT, inmiddels KPN. Voor het eerst kreeg ik een binnenbaan. Ik werd een soort werkvoorbereider/uitvoerder. Aannemers aansturen, plannen op papier zetten om voorbereide telefoonaansluitingen te voor elkaar te krijgen.
Kermit en Greenpoint
“Met een MTSe-diploma op zak kwam ik in 1994 te werken bij Greenpoint van KPN. Je herinnert het je misschien nog wel: overal in het land stonden steunpunten waar je bij in de buurt moest staan om met een Kermit te kunnen bellen. De Kermit was een van de eerste gsm-telefoons van KPN. Ik was werkvoorbereider en stuurde een team monteurs aan en onderhield de contacten met de grote afnemers als tankstations naast de snelwegen en NS-stations. Maar eind jaren negentig stopte dit systeem en kwam KPN met “echte” gsm en ik zat zonder werk.
Uitzendbureau in een wolwinkel
“Niet voor lang. Een van de partners in het Greenpoint-project vroeg me. Een van de dingen die ze deden was het ombouwen van analoge telefooncentrales naar digitale centrales. Het was booming. Zij maakten een razende groei door en waren wanhopig op zoek naar nieuw personeel. Aan mij de taak om daarvoor te zorgen in de regio Noord-Holland. In een paar jaar tijd zijn ze gegroeid van 750 naar 1500 medewerkers over het gehele land. Feitelijk runde ik een uitzendbureau. Het moederbedrijf zat in Den Bosch, maar dat was me te gortig. Dus ben ik op zoek gegaan naar een pand, vond het op de Ceintuurbaan in een oude wolwinkel, dat hebben ze gehuurd en daar zat ik dan, in mijn eentje, 60 uur of meer in de week. Ik was in die tijd de man die op zondag het vlees sneed.”
Terug naar de ambtenarij
“Het was natuurlijk een enorme overgang van de ambtelijke wereld van de PTT naar het bedrijfsleven. Maar dat heeft me nooit moeite gekost. Toen ik in 2001 via Yacht, waar ik inmiddels in dienst was, voor het GVB ging werken, ging ik terug van bedrijfsleven naar ambtenarij. Kostte me ook geen moeite. Je moet je schikken, en dat deed ik. Om mijn horizon te verbreden besloot ik in die tijd om Civiele Techniek te gaan studeren. Een avondstudie van vier jaar op voorwaarde dat ik me overdag bezighield met civiele techniek. GVB heeft geweldig meegewerkt. Ik kreeg onder andere een project bij metrostation Gein. Als metro’s vertrekken van een kopstation moeten ze verplicht een keer toeteren. Voor de veiligheid. Maar de buurt werd daar ‘s morgens vroeg gek van. Bewoners vroegen al jaren om maatregelen. Tot de rechter aan toe.”
Gewoon de buurt in
“De plannen die er lagen voldeden niet. Ik ben toen achter mijn bureau vandaan gekomen en gewoon de buurt ingegaan. Gepraat met omwonenden. Wat is precies het probleem?
Hoe denken jullie dat de oplossing eruit moet zien? Op basis van die gesprekken hebben we de plannen getekend en gepresenteerd. Een geluidsscherm van 4 meter. Iedereen was blij. Er was nog een hobbeltje, omdat juristen dachten dat we het bestemmingsplan moesten aanpassen. Dat zou zo veel vertraging geven, dat we de deadline die de rechter ons gesteld had, niet zouden halen. Ik ben toen zelf in de wetboeken gedoken, en vond een 19e-eeuwse spoorwegwet, waaruit bleek dat het wél mogelijk was.”
Westfrieschesluis
“Toen ik klaar was met mijn opleiding heb ik gesolliciteerd bij de provincie Noord-Holland. Zij waren bezig met de vervanging van de oude Westfrieschesluis bij Kolhorn. De projectleiders daar durfden het niet aan. Ze gaven de opdracht steeds terug. Ook daar moest het bestemmingsplan worden aangepast, omdat er een bediengebouw moest komen. Vertraging. Kon niet. Dus ik heb het als nutsvoorziening aangeboden/genoemd voor de apparatuur om de sluis te laten werken. Dat we er ook een ruimte voor de sluiswachters aan vastplakten, daar heeft nooit een haan naar gekraaid.”
Van Rotterdam naar Medemblik
“Ik ben altijd op zoek naar uitdagingen. Nieuwe dingen. Zodra iets een gewoonte wordt, ga ik fouten maken. Verlies ik mijn scherpte. Er zaten de afgelopen 50 jaar ook wel banen tussen zonder uitdaging, dus daar was ik meestal zo weer weg. De afgelopen 15 jaar heb ik in Alphen aan den Rijn gewerkt, bij Volker Wessel, bij het Havenbedrijf Rotterdam, gemeente Haarlem, Volendam, Medemblik. Allemaal via het ingenieursbureau ManEngenius.
Vaste bruggen zijn saai
“In 2020 ben ik begonnen bij Stadswerken. Klein herstel aan vaste bruggen, kaden en steigers. Ik dacht: mooi afbouwklusje tot aan mijn pensioen. Maar er was te weinig uitdagend werk om mij bezig te houden. Toen ik de advertentie van het Ingenieursbureau zag, kwam dat als geroepen. Hier vind ik weer de uitdaging die ik zoek. Sluizen en beweegbare bruggen in Amsterdam. Vaste bruggen vind ik saai. Voor hoe lang? Ik weet het nog niet. Ik werk nog graag. Dus wie weet zit ik hier nog tot mijn zeventigste. Ik geniet nog elke dag. Van het werk en van mijn collega’s op kantoor. Het houdt me scherp.”
Tekst: Rob Beentjes, Foto’s: Crisante Kuiper de Vries van de Gemeente Amsterdam.